Heb jij het ook zo druk? (corona editie)

Heb jij het ook zo druk? (corona editie)

We blijven de prestatiegeneratie

Tekst: Hannah Visser

Precies een jaar geleden kwam mijn artikel ‘heb jij het ook zo druk?’ online (zie http://tijdschriftcul.nl/heb-jij-het-ook-zo-druk/). Ik schreef over de nieuwe druk-zijn norm, waar vooral studenten onder lijden. Ik kreeg daar veel reacties op; mensen herkenden zich in mijn verhaal. Inmiddels zijn onze levens drastisch veranderd door de gevolgen van het coronavirus. Studeren gaat vrijwel geheel online en ook activiteiten naast studeren hebben een andere vorm gekregen. We zitten een groot deel van de dag thuis en we worden continu geacht ons aan te passen aan nieuwe regels, nieuwe maatregelen en nieuwe leefstijl. Ik vraag me af: is de ‘druk-zijn’ norm onder studenten hierdoor veranderd? En zo ja, wat doet dit met het stressniveau en de prestatiedruk?

Tijdens het begin van de eerste lockdown merkte ik in mijn eigen omgeving dat er een zucht werd geslaakt. Even pauze van het drukke leven, meer rust, minder stress en minder druk. Iets meer tijd om dat ene paper af te schrijven of te leren voor tentamens. Toch bleef dit niet voor lang. Ik merkte dat veel mensen door de toegenomen vrije tijd op zoek gingen naar nieuwe hobby’s en dingen gingen doen ‘waar ze anders nooit tijd voor zouden hebben’. Journalist Lisanne Meeder beschrijft dit in haar artikel ‘Waarom ik tijdens deze coronacrisis juist niets doe’. Ze legt uit dat ze ook tijdens de coronacrisis prestatiedruk voelt, omdat de extra tijd die we nu voorhanden hebben, gemarketeerd wordt als tijd waarin je het beste uit jezelf moet halen. Jeroen van Baar, schrijver van het boek prestatiegeneratie, zegt hierover: ‘Het is tegenwoordig zo belangrijk geworden om exceptioneel goed te zijn in alle facetten van je leven — studie, werk, sociale leven, reizen, relatie. Het is juist die houding die het moeilijk maakt om blij te zijn met wat we hebben.’ Het zou dan ook niet nodig moeten zijn om keer op keer aan nieuwe projecten te beginnen; onthoud dat je eigenwaarde niet wordt gemeten aan de hand van je productiviteit en laat de mate van je productiviteit geen factor van je geluk worden, aldus Meeder. De continue drang om productief te zijn en te presteren, beschreef ik in mijn vorige artikel als het ‘neoliberale denken’: je moet zoveel mogelijk ondernemen voor je CV, want je bent zelf verantwoordelijk voor waar je terechtkomt. Kortom, zorg dat je een doel hebt en bouw een netwerk op dat je kan helpen daar te komen. We zijn constant bezig met nieuwe plannen maken, met meer ondernemen, meer studievakken volgen, meer cursussen bijwonen. Elke dag moet productief zijn. Dit zou ons gelukkig moeten maken. 

Acht maanden later zitten we nog steeds in een lockdown. De tijd van nieuwe hobby’s zoeken en brood bakken is voorbij. We kunnen nog steeds weinig nieuwe plannen maken en dingen ondernemen; onze ‘productiviteit’ is veel minder hoog dan normaal. Voor veel mensen voelt het alsof het leven stilstaat en dit zorgt voor veel zorgen en problemen onder jongeren en studenten. Het Parool interviewde studenten over hun zorgen en toekomst. Problemen zijn onder andere dat het online onderwijs van mindere kwaliteit is en het sociale leven is ingeperkt. Daarbij komt dat veel studenten hun bijbaan zijn verloren en financiële zorgen hebben. Uit een onderzoek van de Erasmus universiteit blijkt dat twee op de drie studenten studiestress ervaren en klachten ervaren zoals somberheid, eenzaamheid en angst. Het grote RIVM-onderzoek naar studentenstress is, hou je vast, uitgesteld door corona. Juist ja, handig.

Ik besloot zelf een klein onderzoekje te doen in mijn eigen omgeving. Ik vroeg mijn volgers op Instagram te stemmen op een poll: ervaar jij juist minder of meer stress door corona? 66 volgers stemden voor meer, 33 voor minder. Ook al ben ik geen professionele onderzoeker en heb ik met veel factoren geen rekening gehouden (zoals: wat wordt als stress gedefinieerd? En met welke maatstaven wordt er gemeten?), toch zijn mijn resultaten interessant. Twee derde van de stemmers ervaart meer stress tijdens de pandemie dan in pre-coronatijdperk. Dit terwijl er minder kan en we technisch gezien ook meer tijd hebben. Ik voegde bij mijn poll ook een optie toe om zelf iets in te vullen. Sommige mensen vulden in dat ze neutraal waren. Andere mensen gaven antwoorden zoals: ‘minder stress van opdrachten etc, maar meer stress door een onproductief gevoel.’ Deze uitspraak geeft goed weer dat we altijd streven naar hoge productiviteit. Een ander antwoord was: ‘meer studiestress maar minder stress in het algemeen.’ Een van mijn volgers weet het niet zo goed: ‘geen van beide en allebei tegelijk.’

Mijn theorie? De prestatiedruk en de ‘neoliberale geest’ vanuit de samenleving en instanties van bovenaf zoals universiteiten en hogescholen blijft. We blijven de prestatiegeneratie. Door online onderwijs en minder verzachtende omstandigheden zoals borrels en contact met medestudenten loopt de stress rondom studie op. Daar komen nog financiële zorgen en de zorgen die inherent zijn aan een pandemie, waaronder zorgen om gezondheid en weinig sociale contacten, bij. Toch ervaart iedereen de sociale gevolgen van corona anders: een derde van de stemmers op mijn poll geeft immers aan minder stress te ervaren dan voor corona. Dat is positief! Ik denk dat dat wel eens zou kunnen komen doordat we onderling de druk-zijn norm minder in stand houden. We zitten allemaal in hetzelfde schuitje, we hebben allemaal dezelfde problemen en de onderlinge concurrentie is iets minder.

De neoliberale geest zal niet zomaar verdwijnen. Onze samenleving is erop ingericht en dat is niet zomaar te veranderen. Wat we wel kunnen doen, is ons meer focussen op wat we wél hebben en hoe cliché het ook klinkt: ons richten op dingen die ons tevreden en gelukkig laten voelen. De toegenomen stress onder studenten is alarmerend; al helemaal als je bedenkt dat onze generatie de ‘generatie van de toekomst’ is. Dit lijkt me dan ook een goede tijd om iets te veranderen in de samenleving: om kritisch te zijn over de constante stress die we ervaren, de prestatiemaatschappij en het doorgeschoten individualisme. Laten we elkaars mentale gezondheid goed in de gaten houden en er zoveel mogelijk voor elkaar zijn. Dit is een tijd om elkaar juist op te zoeken en samen te werken, voor zover dat kan. Misschien kan ik volgend jaar dan weer een ander verhaal vertellen.