Vandaag is een mooie dag voor stilte

Tekst: Laura van den Brink

Vandaag is een mooie dag voor stilte. Ik kijk uit mn raam en laat haar even toe. Sinds een maand heeft ze de stad in beslag genomen alsof ze haar eigen klimaatmars loopt, haar eigen Konings-Woningsdag viert of de stad met haar eigen kerstverlichting op heeft getuigd. Je kan niet om haar heen, maar dat merkte ik aanvankelijk niet.

De eerste dagen van deze vreemde periode liep ik net als altijd door de stad met muziek in m’n oren. De lege straten waren een genot om te zien. Hoe mooi het water van de Amsterdamse grachten nu door kabbelde zonder dat de Canal Boats hun golven opstuwden. Hoe mooi de welvingen van de bruggen er bij lagen nu ze niet steeds de drommen van toeristen moesten dragen. Hoe mooi dat ik dat nu allemaal begon te zien; de stad in al haar bakstenen en rotte houten palen, zoals de bezoekers van Amsterdam dat waarschijnlijk al die tijd al zagen. Nu heeft de stad en iedereen daarin even rust. Je kan om je heen kijken zonder op te letten dat je niet tegen anderen op botst of door iemands fotosessies op de grachten heen fietst. Zonder op te letten, te beginnen te zien wat er eigenlijk in de stad gebeurt.

Op de voorheen dagelijkse fietsroutes die me van A naar B brachten, wandel ik nu rustig zonder ook maar een letter van het alfabet te hoeven bereiken. Het geeft me tijd om te kijken hoe het licht van het water weerkaatst op de flanken van de woonboten, hoe bij De Duif er ook daadwerkelijk een duif op de gevel staat, hoe mensen uit hun raam hangen om te kletsen met de buren. Heb je ooit gewandeld zonder te bedenken waar je heen gaat? Het is een vreemd iets, stap voor stap je voort te bewegen zonder einddoel. In een bevlieging van backpackers-wijsheid kwam het eeuwenoude gezegde ‘it’s not about the destination, but about the journey’ in me op. Daar liep ik dus m’n rondje door de stad, zoals me nu inmiddels een gewoonte is geworden. De muziek in m’n oren was m’n eigen filmmuziek: je focust je op de beelden, maar het geluid helpt je daar een ritme in te vinden. Het hielp me vroeger om de drukte van de stad te kunnen kanaliseren. Met één zintuig tegelijk, had ik de stad onder m’n duim. Geen geluiden om van te schrikken, boos om te worden of een ruis die toch steeds weer je aandacht kreeg. Ik had mijn eigen ruis in m’n oren en kon elke dag bepalen welke toon die zou hebben. Erg tevreden met mezelf en met al deze gedachtes liep ik verder. Tot ik -ik weet achteraf niet meer wat me bezielde- m’n muziek uit m’n oren haalde.

Vanochtend werd ik wakker, in m’n bed in m’n kamer van m’n huis, vlakbij de Weteringsschans. Vroeger herkende ik die straat aan zijn rumoer: aan het gebrom van auto’s en taxi’s die te snel reden, het eindeloze kabaal van wegwerkzaamheden en het onafgebroken gebel van de trambestuurders die bij fietsers een vroegtijdige dood probeerden te voorkomen. Vandaag gaf de straat geen kik; het uitzicht lag stil en ook de vertrouwde ruis gaf niet thuis. Het deed niks met me. Het gevoel van verwarring, verbazing en andere grote emoties bleef uit. De gewenning sinds de eerste keer dat ik m’n koptelefoon afzette, heeft eindelijk een plekje gekregen. Met het afnemen van onvermijdelijke zorgen, het letten op alle veranderingen in de stad, begint er nu een plaats voor aanvaarding te komen.

Vandaag heeft de stilte haar plek in de stad. En dat geeft een gevoel van sereniteit. Wat er eerst niet was, moest een tijdje oorverdovend kabaal maken voordat het er van me mocht zijn. Nu ze er is, vind ik haar prachtig. Haar schoonheid ligt in het alom aanwezige ervan. Je hoeft niet steeds stil te staan bij hoe mooi zoiets is, het geeft je niet dezelfde kick als wanneer je een mooie film ziet, een mooi mens voorbij ziet lopen of een goed nummer hoort. De stilte is er gewoon. En af en toe, op je eigen moment, kan je haar waarderen. Zoals vandaag. Vandaag is een mooie dag voor stilte.