De man met zijn fiets

Een zoektocht naar identiteit

Emp, een jongen van 18 die besluit om na een hockeytoernooi bij een totaal nieuw gezin te gaan wonen. Iemand die was gemaakt om in de natuur te leven. Iemand die heel erg in het nu leefde, los van conventies. Iemand die de laatste jaren van zijn leven het geluk in Frankrijk vond samen met zijn hond, Casine. Iemand die door velen herinnerd zal worden als de altijd lachende Emp, waaronder door zijn pleegzus Sas. Ik spreek haar.

Tekst: Paola Leijssen

Beeld: Sammy Stasse 

Hoe heb je Emp ontmoet?

We organiseerden een hockeytoernooi in Roermond. Emp was er ook en hij zou voor drie weken het huis van mijn ouders schilderen. Hij kwam uit een groot gezin, wat nogal moeizaam ging. Zijn ouders waren slim, maar niet in staat om hechting aan hun kinderen te geven. Hij heeft dus altijd heel erg die ouderliefde gemist, wat hem toch op een negatieve manier heeft gevormd. Hij was al een keer eerder weggelopen van huis en heeft toen op zolder boven zijn school gewoond. Maar na die drie weken bij ons bleef hij. Het was alsof wij zijn familie waren, alsof het altijd al zo was geweest. Hij paste goed in ons gezin. Met zijn vrolijkheid en innemendheid won hij iedereen voor zich. Emp mocht blijven, maar hij moest wel naar school van mijn vader. School was helemaal niet zijn ding, maar hij stemde wel in. 

Zou je kunnen zeggen dat Emp emotioneel gezien enigszins verwaarloosd is?

Zeker. Zijn eigenwaarde was niet groot. Van de buitenkant zag je dat in eerste instantie niet, hij had veel bravoure. Maar in de loop der jaren werd dat duidelijker. Hij was altijd aan het zoeken naar wie hij was en in de laatste jaren van zijn leven toen hij het huis in Frankrijk had, heeft hij zichzelf echt gevonden. Daar was hij gelukkig. Hij deed wat hijzelf wilde zonder dat hij zich aantrok van wat mensen vonden.

Al snel toen Emp bij ons kwam wonen ging school minder goed, maar mijn vader was echt wel streng. Om hem te disciplineren heeft mijn vader hem leren wielrennen en daar was Emp echt goed in. Hij ging vaker wielrennen, kreeg daardoor meer discipline en structuur en heeft uiteindelijk ook zijn school afgemaakt. Maar dat zoeken is altijd gebleven en toen hij 28 was heeft hij afstand genomen van de familie. Hij wilde tijd voor zichzelf. Het had misschien te maken met de pubertijd: afstand nemen van je ouders. Hij kwam namelijk bij ons toen hij 18 was, eigenlijk de tijd dat je op kamers gaat. Hij moest zich natuurlijk aanpassen aan ons gezin, waarin je niet ruzie kan maken zoals je dat met je eigen familie doet. Hij ging overal in mee en is altijd blijven zoeken naar wat voor een waarde hij in het leven had. Maar dat liefdevolle wat hij niet thuis kon krijgen heeft hij wel kunnen vinden in ons gezin. Als hij het over zijn familie had dan had hij het over ons en niet over zijn echte familie. 

Is hij gaan werken? 

Drie jaar heeft hij bij Artsen zonder Grenzen gewerkt, onder andere in de IT, dat vond hij helemaal niks, ook heeft hij één jaar als logistiek manager in Liberia gewerkt en dat vond hij geweldig. Maar na drie jaar is hij daar gestopt met werken en is toen een tijdje gaan klussen. Een kennis van hem bouwde boomhutten, daar is hij mee gaan helpen en dat was helemaal zijn ding. Hij hield ontzettend van dingen maken en bouwen. Hij had een busje waarin hij sliep. Daar had hij een bed ingelegd en vervolgens douchte hij waar hij kon. Hij had niks nodig, typisch Emp. Het enige wat hij nodig had was zijn gereedschap en zijn bed, verder niks. Hij beheerste de kunst van je nergens zorgen om maken en dat bewonderde ik zo erg aan hem.

Hij lachte veel weg, maar hij had natuurlijk ook zijn sores, was dat lachen een manier om die zorgen te onderdrukken?

Het was heel dubbel. Hij leefde wel heel zorgeloos, die kracht had hij enorm. Hij heeft wel eens gezegd in zijn dertiger jaren dat mensen hem zagen als een clown, de altijd vrolijke Emp, maar dat hij diep van binnen niet echt gelukkig was. De laatste jaren van zijn leven, toen hij het huis in Frankrijk had gekocht, wat hij altijd al wilde, was hij wel gelukkig. Het was iets van hem, daar stond hij helemaal achter. Hij haalde daar heel erg zijn zelfvertrouwen uit. ’s Winters was hij daar dan, twee maanden in de kou bij vijftien graden vorst zonder verwarming, met zijn hond, Casine. Daar was hij gegrond. Hij vond het heerlijk, in zijn eentje op die plek. Wie kan dat? Bijna niemand. Na één week ren je weg. Aan de andere kant was hij ook heel sociaal. Mensen om zich heen hebben vond hij heel gezellig, maar je moest niet te lang bij hem zijn want dan hij het wel weer gehad.

Hoe was hij in de liefde? 

De vrouwen vielen als een blok voor hem. Hij had zoveel charisma en zijn lach en viriliteit hadden een enorme aantrekkingskracht op hun. Tijdens zijn begrafenis hadden we er voor zijn exen een apart zaaltje bij kunnen huren. Ze waanden zich allemaal de belangrijkste vrouw in zijn leven. Maar zijn liefdes duurden nooit lang, hij ging nooit vreemd, maar kon zich niet goed hechten, dus dan maar weer op zoek naar de volgende. 

Het zoeken en onderweg zijn begon dus toen hij drie weken was weggelopen bij zijn ouders?

Hij ging altijd zijn eigen weg, en het huis in Frankrijk, wat hij later in zijn leven had, was een plek waar hij zijn ei in kwijt kon. Het was zijn project. Hij heeft ooit tegen mij gezegd: ‘Sas, als ik een hond heb dan is het af, dan ben ik wie ik ben. Als ik een hond vind dan ben ik gelukkig’. Hij had het nooit over een gezin, maar altijd over een hond. Toen vond hij Casine, die werkelijk geen meter van zijn zijde week. Ook in -15 graden, als Emp aan het klussen was, stond die hond naast hem, het was echt een maatje. 

Er zijn maar weinig mensen die besluiten om naar de Noordpool te fietsen, maar hij wel?

Daar heeft hij afgezien! Hij is helemaal tot het uiterste puntje gegaan. Hij had ongelooflijke zelfkastijding, wat hij van mijn vader heeft geleerd. Het boerenleven van mijn vader op het land, dat was keihard werken. Dat hele harde werken en afzien kon Emp op een hele mooie manier, leven met die soberheid. Er is niemand die zo sober kon leven als hij, maar toch met een joie de vivre. Hij had weinig nodig en dat was altijd heel bijzonder.

Het was een prachtige begrafenis. Met die stoet over dat lange pad in dat grauwe weer, mooie speeches. Hoe heb jij dat ervaren?

Het was een prachtige uitvaart en het was koud! Mijn vader zei dat Emp ons wilde laten voelen in welke omstandigheden hij heeft gewerkt, in de kou en dat afzien. Mensen zaten met sterke drank en met dekens in de kerk, wat deed denken aan die ontberingen die hij heeft meegemaakt. Het is heel erg dat hij de begrafenis niet heeft kunnen zien en dat hij niet heeft kunnen zien in hoeveel harten hij bij mensen een plekje heeft. 

Op zijn begrafenis waren twee van zijn vrienden. Twee ontzettende goede fietsers en ongelooflijk slimme mannen, allebei gymnasium en Emp was niet zo’n hoogvlieger. Zij hadden allebei een verhaal dat niet op elkaar afgestemd was maar toch veel overeenkomsten had. De een over schaatsen, de ander over klimmen. Beide vrienden vertelden dat ze altijd in Emp’s zijn kuiten keken. Emp zette altijd de weg uit. Hij had een soort overwicht, hij leidde steevast. Hij kende ook altijd de weg, waar hij ook was, kende hij de weg, en dat was puur gevoel. Beide mannen zeiden tijdens zijn uitvaart: ‘Je kon met hem weggaan en juist in dat onbekende wist hij alsmaar de weg uit te stippelen, op een natuurlijke manier’.

Hij is natuurlijk veel te jong gestorven, 49. Hoe denk je dat hij terug zou kijken op zijn leven? 

Hij had niet beter kunnen sterven. Het laatste jaar was hij echt gelukkig. Het huis in Frankrijk nam vorm aan en toen Casine er was had hij echt rust gevonden. Toch denk ik niet dat hij het hele plaatje had die wij wel van hem hebben. Wij hebben kwaliteiten in hem gezien die hijzelf niet zo zag en ik had het fijn gevonden als hij dat nog had kunnen doormaken. De waarde zien van de status quo van dat laatste jaar, waarin hij echt zijn bestemming had gevonden.

Hij heeft het huis echt met liefde gemaakt. Heeft hij alles zelf gedaan?

Ja zeker en hij liet niemand toe om mee te werken met het verbouwen van het huis. Het schoot niet echt op. Na zijn overlijden heb ik met mijn ouders en vrienden het huis opgeknapt en het in dezelfde stijl afgemaakt. Ik denk als hij het huis nu zou zien hij heel gelukkig zou zijn. Ik denk wel dat hij nog altijd aan het zoeken was geweest en misschien toch nog te weinig heeft genoten van wie hij was: beseffen wat een mooie persoonlijkheid hij had. Als je als kind die basisliefde van je ouders niet krijgt, neem je dat je hele leven met je mee. Nu komen er regelmatig mensen langs het huis: van familie tot vrienden tot onbekenden, zij voelen allemaal die fijne sfeer van hem. Zijn geest hangt er en dat is prachtig.

Tijdens een fietstocht in de Franse Ardennen is Emp door een hartstilstand van zijn mountainbike gevallen. Diep in het bos, langs een riviertje met de naam “L’homme mort”.  Een pad in het bos dat eindigde en waar je geen kant meer op kon. Het was het einde. Zijn trouwe viervoeter Casine was bij hem en heeft hem een week lang beschermd. Dankzij zijn witte fiets heeft een jager hem van veraf kunnen zien en is hij gevonden. Ondanks de tragische gebeurtenis is het een prachtige plek. Een plek waar net de zonnestralen door het dichtbegroeide bos kunnen schijnen. Op de plek ligt een monument tegen een boom aan, gemaakt van opgestapelde stenen. Iedereen die erlangs komt mag er een steentje bijleggen. Zijn as ligt eronder. Hij heeft ons een magische plek achtergelaten: daar waar hij onderweg was met zijn fiets, maar misschien ook zijn bestemming gevonden had.