Een ‘Westers’ eilandje

Antropologie aan de Europese Universiteit in Sint-Petersburg.

Antropologen werden in de communistische tijd in Rusland geweerd, maar sinds de val van de Sovjet-Unie in 1991, ging er ook voor antropologen een wereld open in Rusland. Geen toeval dat er in 1994 een Europese Universiteit opende in Sint-Petersburg, mét een antropologie afdeling. Maar hoe werkt deze institutie binnen het huidige Rusland van Putin? En hoe is het om antropologie te studeren op dit “Westerse” eilandje?

Tekst: Joosje Slot

Beeld: Robin Stark\

Antropologische beginnersfouten

Anna Pivovarova studeerde in 2013 af aan de Europese Universiteit in Sint-Petersburg, de stad waarin zij geboren en getogen is. Ze vertelt dat ze eerst één jaar grondige antropologische training kreeg voordat ze überhaupt eigen onderzoek mocht doen. ‘Er zijn in Rusland namelijk geen bachelor programma’s in antropologie, en dus komt iedereen binnen met een grote achterstand’. In haar voorafgaande bachelorstudie Russische literatuur aan de staatsuniversiteit, maakte ze voor het eerst kennis met het doen van etnografisch onderzoek. ‘Folklore en literatuur horen in Rusland binnen de kunstafdeling van de universiteit. In het laatste jaar van mijn bachelor zijn we toen een maand helemaal in het Noorden geweest van Rusland om de rituelen en praktijken te onderzoeken van de mensen die daar in kleine, traditionele samenlevingen wonen’.

Daar maakte ze ook voor het eerst antropologische “beginnersfouten” en werd ze met haar neus op haar eigen vooroordelen gedrukt over Russen die niet in de stad wonen. Zo had ze, samen met een aantal andere vrouwelijke medestudenten, bedacht dat ze lange rokken zouden dragen, voortkomend uit het idee dat vrouwen in het dorp deze “traditionele” kleding ook dragen. Eenmaal aangekomen werden ze echter vierkant uitgelachen omdat lange rokken niet erg praktisch zijn als je aan landbouw doet. Ook volgde ze op het moment van haar eerste veldwerkervaring een strikt veganistisch dieet wat voor de nodige problemen zorgde. Ze deed namelijk veel interviews bij de inwoners thuis die haar als gast ontvingen. Echter kon ze de bijbehorende giften, zoals melk en zoetigheid, niet accepteren. ‘Ik was niet echt een leuke gast’. Zo beleefd mogelijk probeerde ze de giften af te slaan, maar hiermee ontkende ze impliciet hun gast te willen zijn. ‘Uiteindelijk heeft één vrouw mij zelfs gedwongen om melk te drinken’.

Anna’s masterscriptie

Geïnspireerd door de ervaringen die zij had opgedaan in het verre Noorden, besloot ze haar master in antropologie te behalen aan de Europese Universiteit van Sint-Petersburg. Daar schreef ze uiteindelijk haar masterscriptie over de informele markt van thuisbevallingen in Rusland. ‘Thuis bevallen wordt in Rusland niet gereguleerd, voor de wet bestaat het niet. Het is voor vroedvrouwen en verloskundigen dan ook verboden om thuis te assisteren bij een bevalling. Hierdoor worden ze gedwongen om te opereren in de informele grijze markt en werken ze dus eigenlijk illegaal. De relatie tussen de vroedvrouw en de moeder is daarom veel meer op vertrouwen gebaseerd’. Door gesprekken met haar eigen vriendinnen die kinderen kregen of zwanger waren, kwam ze erachter dat dit toch vaak gebeurt. In de verhalen van deze vriendinnen hoorde ze echter een ander narratief dan degene die ze altijd van haar eigen moeder en tante had gehoord. Vooral de ervaring van pijn werd door haar vriendinnen anders beschreven en had een andere functie binnen hun verhalen. De manier waarop van deze lichamelijke ervaringen een narratief wordt gemaakt, werd uiteindelijk de focus van haar scriptie. 

Tijdens dit onderzoek en ook nu ze haar PHD doet aan de Universiteit van Helsinki, waarbij ze onderzoek verricht naar pleegzorgpraktijken in Rusland, richt ze zich vooral op de privé- en familiesfeer van Russen die in steden wonen. Op de vraag of ze ooit moeilijkheden heeft ondervonden vanuit de Russische staat tijdens het doen van onderzoek, reageert ze dan ook laconiek. ‘Het ligt eraan waar je onderzoek naar doet. Daarnaast is de institutionele controle vanuit de staat op antropologisch onderzoek sowieso klein, wat je kan merken aan het ontbreken van een ethische commissie. Alles wat te maken heeft met ethiek is de verantwoordelijkheid van de onderzoeker zelf’. 

De Europese Universiteit

De Europese Universiteit waaraan zij studeerde neemt binnen het Russische onderwijsveld een interessante plek in. Deze private universiteit voor de sociale wetenschappen, is een product van de tijd direct na de val van het communisme. Er was toen weinig geld maar er kwamen veel grassroot initiatieven op. Het idee kwam van een aantal enthousiastelingen die probeerden de brain drain in Rusland tegen te gaan. Hun idee was het samenbrengen van de voornaamste sociale wetenschappers in een institutie naar Westers voorbeeld.

De universiteit is in vergelijking met de staatsuniversiteiten, op hun onderwijslicentie na, volledig onafhankelijk van de staat. En mochten hier nou net de meeste problemen mee zijn. In 2017 werd deze ingetrokken naar aanleiding van zogenaamde constructiefouten in het universiteitsgebouw en pas aankomend collegejaar zullen studenten terugkeren voor de verschillende masterprogramma’s. Dit was niet het eerste incident. In 2008 werd de academie al een keer eerder voor zes weken gesloten nadat er brandgevaar zou zijn geconstateerd. Dit viel samen met het aannemen van een grote beurs van de Europese Commissie voor onderzoek om de transparantie van de verkiezingen te verbeteren. Na veel protest vanuit de studenten en het afslaan van de beurs, werden de aanklachten ingetrokken.

Een artikel van The New York Times uit zomer 2018,beschrijft de verschillende aanvallen en spreekt met docenten en wetenschappers van de universiteit. Een politiek wetenschapper beschrijft in dit artikel dat de principes die de school volgt – academische vrijheid, zelforganisatie, en internationale openheid – het tegenovergestelde zijn van de principes die het huidig Russische systeem volgt, namelijk: gecentraliseerde controle en isolementspolitiek. In het artikel wordt vervolgens de vraag gesteld of Rusland onafhankelijke instituties van wereldklasse in stand kan houden, wanneer zij constant onder druk wordt gezet door bepaalde elementen van het Russisch leiderschap.

Het Venetië van Rusland

De stad Sint-Petersburg komt voort uit eenzelfde spanning tussen Rusland en het Westen. Binnen dit Westerse moderniseringsproject van Peter de Grote bouwde hij in een van de enorme gebouwen aan de rivier de Neva een heus antropologisch en etnografisch museum: de Kunstkamera. Met dit eerste publieke museum probeerde hij de Russische bevolking dichter bij de wetenschap te brengen en vooroordelen weg te nemen over misvormingen bij mens en dier. Hij hoopte dat men deze zou beginnen toe te schrijven aan de natuur en niet aan demonen en monsters. Om zijn persoonlijke collectie uit te breiden schafte hij de beste en bekendste Westerse collecties aan. Peter de Grote was hiermee de eerste Russische tsaar die zich buiten de grenzen van zijn land begaf en hiermee kwam er grootschalige cultuurimport op gang in het eerste kwart van de achttiende eeuw.

De Kunstkamera en de Europese Universiteit werken niet geheel toevallig veel samen om antropologie in Rusland innovatief en hedendaags te houden. Om antropologie te kunnen bedrijven is kritisch denkvermogen nodig dat enkel binnen een onafhankelijk instituut werkelijk kan bestaan. Maar een onafhankelijke universiteit naar Westers voorbeeld blijkt in Putin’s Rusland nog niet zo makkelijk. Het streven van Peter de Grote om wetenschap voor iedereen toegankelijk te maken en zo vooroordelen te elimineren leeft voort in Sint-Petersburg, maar de toekomst van Westers-georiënteerde instituties zal altijd samenhangen met het politieke klimaat in het grootste land op deze aardbol.