Geen man overboord

Ecofascisme in tijden van Corona

Tekst: Yasmine Fikken

Beeld: Sam van den Nieuwenhof

De zoektocht naar lichtpunten in tijden van COVID-19 is verraderlijk. In ons verlangen om de pandemie een positieve draai te geven aan de hand van verminderde koolstofdioxide-uitstoot, ligt ecofascisme op de loer. Ecofascisme, waar klimaatactivisme en etnonationalisme samenkomen, is een gevaarlijk gedachtegoed waar we ons tegen moeten wapenen in de strijd voor de aarde en iedereen die daar op leeft. Het redden van het klimaat hoeft en hoort niet ten koste te gaan van mensenlevens.

De COVID-19 pandemie zal het begin van 2020 voor altijd tekenen. Het virus heeft de eerste maanden van het jaar duizenden levens gekost en, als we de spreiding niet wereldwijd onder controle krijgen, zullen er nog velen volgen. Lockdowns worden over de hele wereld aangekondigd en veel mensen leven in grote economische onzekerheid. Het alledaagse leven is in korte tijd compleet getransformeerd: metropolen zijn veranderd in spooksteden, het kantoor is ingeruild voor de webcam en een knikje van anderhalve meter afstand is de nieuwe handdruk. De maatschappelijke langetermijngevolgen zijn nog niet te overzien, maar ze zullen zeker lang voelbaar blijven. Het is logisch, en niet meer dan natuurlijk, dat mensen op dit moment hard op zoek zijn naar een stukje positiviteit. Eén van de lichtpuntjes waar mensen in deze duistere tijden naar kijken is het klimaat. De koolstofdioxide-uitstoot is sterk afgenomen nu veel van het vlieg- en wegverkeer stil ligt. De natuur lijkt haar domein uit te breiden terwijl de mensheid zich binnen verschuilt. Er zit echter een duistere kant aan dit optimisme wanneer mensen door dit positieve bijeffect de gehele pandemie als een zegening gaan zien.

Ecofascisme

‘Corona is het medicijn, mensen zijn de ziekte’. Deze inmiddels verwijderde, virale tweet door een onofficieel account van de wereldwijde klimaatbeweging Extinction Rebellion illustreert het moment waarop zoeken naar lichtpuntjes in een duister denkbeeld verandert. Hoewel Extinction Rebellion zich inmiddels van dit statement en het account heeft gedistantieerd, leeft het sentiment bij velen door. Maar het coronavirus zal ons geen echte vooruitgang brengen op klimaatgebied zonder dat we systematische veranderingen aanbrengen in hoe we met elkaar en de aarde omgaan. Het vieren van een crisis als deze in naam van het klimaat is niks anders dan ecofascisme. Ecofascisme is een politiek model waarin een autoritaire overheid het belang en de levens van individuen opoffert voor het klimaat. Deze stroming is al sinds haar beginne verbonden met racistische en problematische ideeën over witte superioriteit, (etno-)nationalisme en migratie in het licht van klimaatverandering en zogenaamde ‘overpopulatie’. Het is een liefdeloos huwelijk tussen extreemlinks milieuactivisme en extreemrechts racisme.

Kaarlo Pentti Linkola is één van de bekendste schrijvers in modern ecofascistisch denken. De inmiddels op tweeëntachtig jarige overleden Fin was een fel tegenstander van de democratie en geloofde dat de aarde haar huidige populatie niet allemaal van een bestaan kan voorzien. Linkola prees onder andere de treinaanslagen van 2004 in Madrid, gepleegd door aanhangers van Al Qaida, als aanvallen op het westerse systeem dat de aarde vernietigt. Zelf claimde hij echter niet ‘kundig of dapper’ genoeg te zijn om zoiets te doen. Om zijn visie op radicale populatie-inkrimping te ondersteunen gebruikte hij de inmiddels populair geworden reddingsboot-analogie: ‘Wat te doen wanneer een schip met honderd passagiers plotseling kapseist en er maar één reddingsboot is? Als de reddingsboot vol is, zullen degenen die het leven haten, proberen om er meer mensen in te laten en de boot laten zinken. Wie het leven liefheeft en respecteert, neemt de bijl van het schip en hakt de extra handen die zich aan de zijkanten vastklampen af.’ Moord, omwille van de meerderheid, is volgens Linkola dus niks anders dan een lofzang aan het leven.

Geweld in naam van het klimaat

Een bekende ecofascist die het heft wel in eigen handen heeft genomen is Ted Kaczynski, beter bekend als de Unabomber. Tussen 1978 en 1995 stuurde hij in totaal zestien verschillende bombrieven naar verschillende locaties in de Verenigde Staten om de vernietiging van de natuur door de moderne, industriële samenleving tegen te gaan. In ruil voor een einde aan zijn terreur publiceerde de New York Times in 1995 Kaczynski’s manifest ‘De Geïndustrialiseerde Samenleving en Haar Toekomst’, waarin hij zich onder andere afzet tegen socialisten, feministen, homoseksuelen en andere ‘politiek correcte types’. Mede dankzij zijn academische achtergrond werd dit manifest, ondanks de afschuwelijke daden en racistische denkbeelden van de dader, goed ontvangen en is het nog steeds een invloedrijke tekst in ecofascistische kringen. In 2017 werd Kaczynski’s verhaal ‘in zijn eigen woorden’ vertaald op populair streaming-platform Netflix, wat volgens sommigen voor een hernieuwde interesse in zijn gedachtegoed heeft gezorgd.

Kaczynski zou helaas niet de laatste gewelddadige ecofascist zijn. In maart en augustus van 2019 openden twee zelfbenoemde ecofascisten het vuur met als resultaat in totaal 73 dodelijke slachtoffers. Brenton Tarrant beschoot op 15 maart 2019 een moskee in het Nieuw-Zeelandse Christchurch waar hij 51 mensen vermoordde en nog meer mensen verwondde. In zijn warrige manifest ‘De Grote Vervanging’ beroept hij zich op nazistische symbolen, ideeën van witte superioriteit, etno-nationalisme en ecofascisme. Hij noemt migranten ‘indringers’ met als doel de witte, ‘originele’ bevolking weg te vagen. De moordenaar van 22 Walmart-bezoekers in El Paso, Patrick Crusius, beriep zich op eenzelfde logica in zijn eigen manifesto ‘Een Ongemakkelijke Waarheid’. In deze perverse parodie op het werk van Al Gore schreef Crusius onder andere het volgende: ‘Alleen als we ons van genoeg mensen kunnen ontdoen, kan onze manier van leven duurzamer worden.’

Dit soort aanslagen zijn niet alleen tragedies op zich, maar worden ook gebruikt voor de politieke agenda van klimaatontkenners. Omdat deze mensen hun afschuwelijke daden in naam van het klimaat pleegden worden ze door extreemrechts afgeschilderd als klimaatactivisten om zo de gehele klimaatbeweging in diskrediet te brengen. De woordvoerder van de Amerikaanse president Trump, Kellyanne Conway, noemde Tarrant wel een ‘eco-terrorist’, maar geen ‘nazi’ of ‘conservatief’ om hem bij milieuactivisten als die van Extinction Rebellionte scharen zonder te begrijpen dat ecofascisten een combinatie van alle drie zijn. Het gaat hier om een racistische ideologie verschuild achter zorgen over de aarde met genocidale oplossingen voor ons ‘overpopulatie-probleem’.

De mythe der overpopulatie

De beginselen van ecofascistische denkbeelden, die ondertussen menig slachtoffer geëist hebben, zijn terug te vinden bij econoom Thomas Malthus die aan het einde van de negentiende eeuw al waarschuwde voor overpopulatie. In zijn bekende werk ‘Een essay over het principe van bevolkingsgroei’ stelt hij dat de mensheid hard af zou stevenen op het punt waar de voedselproductie de bevolking niet langer kan voorzien. Hij argumenteerde dat er gigantische hongersnoden in de toekomst lagen omdat de voedselproductie nooit zo exponentieel zou kunnen groeien als de bevolking. Deze ideeën inspireerden latere aanhangers van de eugenetica. Alleen bepaalde, ‘superieure’ mensen zouden zich nog mogen voortplanten om zo de populatie zowel uit te dunnen, als te perfectioneren. Uit de ideologische bodem van eugenetica groeide onder andere het nazi-regime van de jaren 30 en 40 van de vorige eeuw met haar miljoenen slachtoffers voort. De nazi-slogan Blut und Boden, oftewel: Bloed en Bodem, waarmee ze bepaalde ‘rassen’ aan bepaalde grondgebieden verbonden, kan gezien worden als één van de zaden voor het huidige ecofascisme waarin etno-nationalistische ideeën over de verbintenis tussen de bevolking en het land waarop ze leven nog steeds centraal staan.

Meer dan twee eeuwen later klinkt Malthus’ waarschuwing voor overpopulatie nog steeds luid en duidelijk. De gedachte dat een overschot aan mensen ons einde zal zijn, is erg hardnekkig, maar toch klopt er vrij weinig van. De voedselproductie is namelijk wél meegegroeid met de bevolking. Er zijn nog nooit zo veel mensen op de aarde geweest en toch blijft de levensstandaard stijgen. Dat er nog steeds mensen met honger zijn, heeft veelal politieke redenenen, want er wordt meer dan genoeg voedsel voor iedereen geproduceerd. Hoewel we als mensheid wel degelijk het klimaat kapot maken, heeft dit niks met onze aantallen te maken, maar met de hebzucht van sommigen. Ondanks dat fascistisch gedachtegoed zich vaak richt op minderheden en armere componenten van de samenleving als het offer dat we moeten maken voor een betere wereld, ligt het klimaatprobleem bij de bovenlaag van de samenleving. De rijkste 10 procent van de wereldbevolking is verantwoordelijk voor 50 procent van de totale koolstofuitstoot. Een groot deel van onze samenleving hoort bij deze 10 procent aangezien Nederland in een studie uit 2015 op plek zes stond van de landen met de meeste welvaart per hoofd van de bevolking.

Sinds de industriële revolutie in Groot-Brittannië waarin we de economische ‘voordelen’ van het verbranden van fossiele brandstoffen ontdekten, stijgt ons uitstootniveau steeds verder, met vernietigende gevolgen voor de aarde. Omdat de industriële revolutie begon in ‘het Westen’ liggen hier nog steeds de rijkere, en ook meest vervuilende landen, in de wereld. Toch zijn het veelal armere landen, met dus relatief minder aandeel in het veroorzaken van het probleem, die de eerste catastrofes van onze opwarmende planeet voelen. Bangladesh, een land verantwoordelijk voor ongeveer 0,3% van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen, ziet nu al dramatische gevolgen in de vorm van overstromingen. Experts verwachten dat er dankzij klimaatverandering binnenkort meer dan twintig miljoen Bengalezen geen woonplek meer hebben. En zelfs als al deze mensen zouden sterven heeft dat geen enkele impact op ons klimaat, aangezien ze voor nog minder dan één procent van het probleem zorgen. Een oplossing voor ons klimaatprobleem kan niet los gezien worden van een oplossing voor het ongelijke systeem dat dit probleem veroorzaakt heeft.

De mensheid is geen virus

Ecofascisme is geen onschuldige beweging, maar een gevaarlijk gedachtengoed waar we ons met hand en tand tegen moeten verzetten, terwijl we blijven vechten tegen klimaatverandering. COVID-19 is geen straf van Moeder Aarde, maar simpelweg een menselijke tragedie. De grootste slachtoffers van deze pandemie zijn, net zoals bij de meeste rampen, namelijk gemarginaliseerde mensen die relatief de minste impact op het klimaat hebben. De coronacrisis zal ons nog lang bijblijven. We staan als mensheid op een keerpunt: hoe we met deze crisis en alle bijkomstige maatschappelijke gevolgen omgaan, zal onze toekomst kleuren. Het is tijd om voor het te laat is kritisch te reflecteren op het kapitalisme en de schade die we het klimaat toebrengen. Een gezondere planeet begint bij een vragende blik naar de inrichting van onze eigen consumptiesamenleving en niet bij het accepteren, vieren of zelfs veroorzaken van de dood. Gelukkig is de wereld geen overvolle roeiboot dus hoeven we geen man overboord te gooien om de aarde te redden als we dat niet willen. Laten we deze strijd dan ook met z’n allen aangaan opdat naast een deel van de mensheid ook medemenselijkheid onze huidige crisissen overleeft.