Stimming voor de stemming

Een antropologische analyse op zelfstimulerend gedrag

Tekst en beeld: Rowan Meereboer

Misschien ken je het wel. Je bent aan het studeren en je voet kan het niet laten om te gaan tikken. Of je hebt een balpen in je hand en kan het niet laten te gaan klikken. De academische term voor dit gedrag is zelfstimulerend gedrag, afgekort als stimming. Stimming​ is voor de meeste mensen die het doen waarschijnlijk iets kleins en onbelangrijks. Voor anderen, zoals voor mijzelf, maakt het echter een groot deel uit van wie je bent.

Stimming​ is een gedragsvorm van alsmaar herhalende bewegingen, geluiden, woorden en het verplaatsen van objecten. ​Stimming​ komt bij bijna iedereen tot een bepaalde mate voor. Dan hebben we het over kleine dingen zoals het tikken met je voet of het klikken met je balpen. Bij mensen met autisme of andere neurologische afwijkingen zoals ADHD, ADD en OCS is stimming echter vaak intenser en maakt het een groter deel uit van hun dagelijks leven. Veel voorkomende vormen van deze intensere vorm van ​stimming​ zijn onder andere: ijsberen, fladderen, schommelen, in de handen klappen, friemelen en met de ogen knipperen. In de psychologische literatuur wordt ​stimming​ omschreven als gedrag dat wordt gedaan wanneer een persoon overprikkeld of juist onderprikkeld is. In beide gevallen ontstaat er eenzelfde soort stemming van apathie, die dus op te lossen is met het herhalen van bewegingen. Bij mij is behalve ADD verder geen neurologische afwijking geconstateerd.

Stimming,​ zoals dit bij mensen met autisme en bij mezelf voorkomt, en waar ik dus bekend mee ben, is echter een vorm van gedrag dat door velen als iets raars wordt gezien. En laten we eerlijk zijn, als je iemand op straat met zijn handen ziet fladderen, zal je dit op zijn minst opmerkelijk vinden. Ikzelf heb ook heel lang gedacht dat ik abnormaal gedrag vertoonde. Het is echter van belang dat dingen als stimming​ bespreekbaar worden en dat er begrip voor komt. ​Stimming ​is namelijk niet het gedrag, maar vooral de beleving. Daarnaast is het ook iets dat in verschillende culturele contexten voorkomt en iets dat waar te nemen valt buiten het menselijke domein.

Spring-in-‘t-veld

Ik moet zo’n vier jaar geweest zijn toen ik voor het eerst zelfstimulerend gedrag vertoonde. Ik observeerde een stuk speelgoed, ging met het speelgoed draaien en ging hierbij springen en met mijn handen wapperen. Zo had ik als kind een Playmobil-geitje dat een bepaald gevormd staartje had. De vorm van het staartje van de geit prikkelde mijn associaties en mijn fantasie. In dit geitenstaartje zag ik veel meer dan alleen dat staartje, maar bijvoorbeeld een neus van een persoon, een deurknop, een zwaard en ga zo maar door.

Toen later mijn fascinatie met speelgoed verdween, evolueerde ‘mijn ​stimmingin een soort huppelen om vervolgens te evolueren in ijsberen. Mijn ouders noemden het gedrag altijd ‘springen’. Een vriend die mij eens op mijn gedrag betrapte, had het over ‘dansen’, wat mij een mooiere aanduiding leek.

Lang wist ik niet wat dit gedrag was, waarom ik het deed en dat ook andere mensen dit gedrag vertonen. Totdat ik ging googelen naar een Duitse DJ met de naam Stimming en andere dingen tegenkwam. Omdat ik aan stimming​ deed maar niet wist wat ​stimming​ was, heb ik het lang geen plaats kunnen geven.

Naar alle duidelijkheid is stimming​ niet iets leuks om te doen of een vorm van recreatie, maar iets dat moet gebeuren. Het komt bij wijze van spreken overeen met naar de wc gaan. De drang naar ​stimming​ ervoer ik als kind dan ook als iets lichamelijks. Het waren mijn benen die wilden springen of dansen, ook als ik het zelf niet wilde.

Sensatie kweken

Bij stimming​ is het niet zozeer het repeteren van bewegingen, maar de gedachten die het aantrekkelijk maken om te doen. Het is daarom belangrijk om te weten wat een persoon ervaart tijdens ​stimming. De psychologie van ​stimming​ is echter moeilijk concreet uit te leggen. De drang om te ‘dansen’ ontstond bij mij wanneer ik behoefte had aan sensatie. Zo’n behoefte had ik bijvoorbeeld wanneer ik mij verveeld voelde of mij gevangen voelde door de misère van de dag. Wanneer je het gevoel hebt dat de wereld stil staat, kan je door stimming​ de wereld weer laten draaien. Verleden, heden en toekomst flitsen aan je voorbij. Wereldrijken worden geboren, veroverd en vergaan weer. Op het moment dat je aan stimming doet, week je jezelf los van de realiteit en laat je aan de hand van de realiteit de verbeelding het werk doen. De vastomlijnde werkelijkheid vertroebelt en je stelt je voor wat er in deze wereld allemaal mogelijk had kunnen zijn.

Naast dat je je apathisch kan voelen door te weinig prikkels, kan je je ook apathisch voelen door een teveel ervan. Door mijn ADD ontstaat er daardoor een chaos en een gevoel van ‘dingen geen plek kunnen geven’. Veel impulsen tonen zich voor je zicht, maar niks of weinig komt echt binnen. Alles verzamelt zich voor je oogleden in een ondoorzichtige mist. Daar waar kleur in de buitenwereld mist, wordt in de beleving kleur opgewekt. Daar waar het aan frictie en sensatie in de buitenwereld mist, wordt dit in de beleving opgewekt. Stimming​ werkt als het ware als een mentale deeltjesversneller. Alle data in je bewustzijn komt aan je voorbij en klontert samen in een grote maar overzichtelijke massa.

Op de site van de Vlaamse Vereniging van Autisme beschrijft een respondent onder het pseudoniem Linder Vlinder het volgende: ​‘Via stimming is het net alsof ik een deel van mijn innerlijke lading naar buiten kan brengen. Ik geef het af aan de lucht, de vloer, of een voorwerp; ik geleid de spanning via mijn ledematen uit mijn hoofd’.

Het gegeven dat stimming​ wordt beschreven onder een pseudoniem laat al zien dat er een zekere mate van schaamte is omtrent stimming​. Zo kan ik dit ook zelf beamen. In onze westerse maatschappij is stimming geen sociaal geaccepteerd gedrag. En toch is stimming​ een vorm van gedrag dat meer universeel is dan je zou vermoeden. Dit is terug te zien in de sociaal geaccepteerde en sociaal georganiseerde vormen van stimming.

Stimming als rite

Wanneer we stimming​ definiëren als repeterende uitingen van spraak of gedrag die geen praktisch doel dienen, kunnen we ook andere dingen aanduiden als vormen van ​stimming​. Wanneer je iemand voorstelt die met volle toewijding zijn hoofd heen en weer aan het wiegen is, kan je aan twee dingen denken. Je zou kunnen denken aan iemand die aan zelfstimulerend gedrag doet. Een andere optie is dat je moet denken aan een Joodse gelovige die, al heen en weer wiegend, zijn gebeden opleest bij de Klaagmuur in Jeruzalem. Het heen en weer wiegen van het lichaam tijdens het bidden wordt ​shokeling​ genoemd, wat van het Jiddische woord voor schudden komt. Het is niet gek om​ shokeling​ en stimming​ met elkaar in verband te brengen. Beide zijn vormen van repetitief gedrag die de mens in een roes kan brengen.

Niet alleen ​shokeling kan gezien worden als vorm van​ stimming​. Ook ​zikr,een soefistisch islamitische vorm van meditatie waarin mannen of vrouwen zinnen als mantra’s herhalen en hier repeterende bewegingen bij maken, kan met stimming ​worden geassocieerd. Een soefi van de Nederlandse Soefi Beweging stelde dan ook, tijdens een interview dat ik met hem afnam, dat zikr​ een ‘innerlijke extase’ veroorzaakt waarin depersonalisatie optreedt. Deze ‘​ego-deadzou de soefi tijdens ​zikr​ dichter bij God brengen.

In de westerse maatschappij wordt ​stimming​ gemedicaliseerd. Alsof er iets in de groei van iemands brein is misgegaan, wordt het in verband gebracht met geestelijke of neurologische afwijkingen, stoornissen of ziektes. Binnen bepaalde sociale en situationele contexten wordt het repetitief motorisch gedrag, zoals de voorbeelden van ​shokeling en zikr,als een manier gezien om dichter bij God te komen.

Het neemt niet weg dat​ stimming​ niet geproblematiseerd dient te worden. Het gedrag kan namelijk in strijd zijn met het dagelijks functioneren van een persoon. Dat kan ik ook vertellen uit eigen ervaring. En wanneer je stimming overdoseert, kan je je goed duizelig en vaag voelen. Toch valt er voor de westerse maatschappij wat te leren over de omgang met stimming​. Onze westerse geseculariseerde samenleving geeft in tegenstelling tot de soefistische of joods-orthodoxe gemeenschappen geen plek voor vormen van menselijke gedrag dat te aan te duiden valt als ‘​stimming’.Dit terwijl ​stimming​ diep in de menselijke natuur geworteld zit en ook evolutionair te verklaren valt. ​Stimming​ komt namelijk niet alleen bij mensen voor, maar het gedrag wordt ook waargenomen bij dieren.

Ook ijsberen ijsberen

Bij dieren komt repetitief motorisch gedrag vooral voor wanneer dieren in gevangenschap leven. Zo komt het woord ‘ijsberen’ aan zijn naam. Het enige referentiekader dat de Nederlander namelijk van een ijsbeer had, was de ijsbeer in de dierentuin, die continue rondjes aan het lopen was in zijn hok.

Misschien is het je ooit opgevallen dat olifanten in gevangenschap zachtjes heen en weer wiegen. Door biologen wordt dit gedrag bij olifanten ‘weven’ genoemd. Volgens Animals Today, een dierenrechtenorganisatie, doen olifanten dit wanneer zij zich verveeld of juist gefrustreerd voelen doordat zij in gevangenschap verkeren. Tijdens dit weven, wordt er endorfine aangemaakt in het olifantenbrein waardoor het dier in een soort roes komt. Endorfine is een neurotransmitter die pijn-onderdrukkend werkt en een gevoel van geluk en euforie bewerkstelligt. Het weven van de olifant is dus een soort zelfmedicatie om gevoelens van stress en algemeen misnoegen tegen te gaan. Of bij mensen die aan repetitief motorisch gedrag doen dit neurologisch gezien hetzelfde werkt, is nog niet bewezen.

De overeenkomsten tussen mens en dier lijken duidelijk. Zowel mens als dier gebruiken stimming​ om met stress, frustratie of verveling om te gaan. Ikzelf kan me in ieder geval goed verplaatsen in de wevende olifant.

Een nieuwe visie op stimming

Door een verdere analyse van ‘afwijkend’ gedrag onder mensen te relateren aan gedrag bij andere culturen en gedrag bij diersoorten kunnen we ​stimming​ beter begrijpen en bespreekbaarder maken. Wanneer we verschillende vormen van ​stimming​ bij mens en dier onderzoeken, zien we veel verschillende uitingen en redenen voor dit gedrag. Je zou kunnen speculeren dat stimming​ bij zowel dier als mens een gedrag is dat in verband staat met een gevoel van gevangen of onvrij te zijn. Misschien geldt namelijk ook voor mensen die aan zelfstimulerend gedrag doen, dat zij hun ‘natuurlijke gedrag’ niet kunnen uiten. Immers stelt antropoloog Clifford Geertz dat mensen gevangen zijn in een web dat wij zelf hebben gespannen. We zijn dan ook gebonden aan sociale verplichtingen, de dagelijkse routine en de vier muren waarin wij wonen. Of misschien zijn we, zoals de soefi’s stellen, gevangen door ons ego en is stimming​ een manier om ons daarvan te bevrijden.