Opnieuw het wiel uitvinden

Het wiel en het verlangen naar onbestendigheid

Het wiel is een alledaags voorwerp waar je je hoofd misschien nooit over hebt gebroken. Het is zo’n vanzelfsprekendheid dat het moeilijk voorstelbaar is dat de mens zich ooit over de wereld heeft verspreid zonder deze vertrouwde draaischijf. Maar net zoals dat de uitvinding van het vliegtuig in relatie staat met onze droom om te kunnen vliegen, is de uitvinding van het wiel verbonden met het verlangen dat wij hebben naar onbestendigheid.    

Tekst en beeld: Rowan Meereboer

Het verlangen naar onbestendigheid is meer dan ons verlangen naar beweeglijkheid. Het is ook een verlangen naar snelheid, dynamiek en vooruitgang. Dit verlangen is misschien wel één van de meest voortstuwende impulsen die ons mensen heeft gebracht naar waar we nu zijn. Als gevolg van dit verlangen leven we momenteel in een tijd waarin alles sneller en efficiënter moet. En het moet niet alleen, we willen het ook.  Zo willen we reizen steeds gemakkelijker maken. Vrijheid associëren we met vrijheid van beweging. We willen alle prikkels die er in het leven zijn tot ons nemen. Wanneer we te lang stil staan, worden we ongelukkig. We kijken dan uit om weer te gaan reizen en in beweging te zijn.

Hoe groot het verlangen naar onbestendigheid kan zijn, merkte ik laatst op bij mijn grootouders. Mijn oma mocht geen auto meer rijden, maar mijn grootouders hadden nog altijd de wil om zich gemakkelijk te kunnen verplaatsen. Zij kochten daarom een Canta: een kleine tweepersoonsauto. Zo konden ze op zondagmiddag nog even gezellig met elkaar naar het strand. Echter, was de Canta niet handelbaar genoeg waardoor ze al snel brokken maakten. Zo leidde hun wil naar mobiliteit uiteindelijk tot problemen. Het verlangen naar onbestendigheid en de implicaties daarvan werden daardoor duidelijk en zichtbaar gemaakt.

Drang om te reizen

Het verlangen naar onbestendigheid is van zo’n evidentie dat je er misschien nooit bij stil hebt gestaan. Natuurlijk willen we in beweging blijven en ons gemakkelijk kunnen verplaatsen, zou je kunnen denken. Toch is deze wil één van de kenmerken die ons mensen onderscheidt van andere dieren.

Duizenden jaren geleden verplaatste de mens zich nog enkel te voet, maar legde zich vervolgens niet bij deze conditie neer. De drift van de mens om mobiel te zijn zorgde ervoor dat men wilde paarden ging temmen om te berijden. De mens was vanaf dit moment in staat zich gemakkelijk en sneller te verplaatsen.

De wil om continu in beweging te zijn, is ook waar te nemen bij nomadische volkeren zoals de Roma en Sinti. Roma’s en Sinti’s zwierven met hun paarden en hun wagens eeuwenlang door Europa. De hit-serie Peaky Blinders speelt zich af in het Engelse Birmingham tijdens de jaren twintig van de twintigste eeuw. De Peaky Blinders vormen een criminele bende die een Roma en Irish Traveller achtergrond hebben. Eén van de Peaky Blinders is John Shelby. Hij trouwt met een meisje van een andere Roma-clan met wie hij in Birmingham gaat wonen. Zij wordt op een gegeven moment depressief omdat zij niet meer rond kan reizen zoals zij vroeger deed.

Uiteraard is dit fictie maar veel voormalige ‘nomaden’ hebben nog altijd de drang om te gaan reizen. Zo heb je in Nederland de zogenoemde woonwagenbewoners. Zij reizen tegenwoordig nauwelijks meer rond, maar wonen nog wel in woonwagens. De wielen staan onder hun wagens zodat zij bij wijze van spreken ieder moment weg kunnen om een andere standplaats te zoeken. Het wiel geeft mensen niet alleen hoop, maar ook een mogelijkheid naar onbestendigheid. Want hoe opgesloten zouden we ons voelen wanneer we op een dag geen fietsen, auto’s en openbaar vervoer meer hadden? 

Het wiel als bewijs van vooruitgang

Het moet ongeveer tussen 4500 en 3300 voor Christus zijn geweest toen in Mesopotamië het wiel werd uitgevonden. Na de domesticatie van het rijdier was dit de volgende stap naar een efficiëntere vorm van mobiliteit. Dankzij het wiel werd het nog makkelijker om handelswaar te vervoeren over lange afstanden. Dit heeft enorme welvaart gebracht.

Door de welvaart die het wiel bracht, heeft het wiel in de loop der eeuwen een veelzijdige symbolische betekenis gekregen. In Oosterse religies wijst het wiel vaak op voorspoed, dynamiek en herhaling zonder begin. Zo is het bijvoorbeeld een symbool in het Tibetaanse boeddhisme. Binnen deze religie heb je de bhāvachakka, oftewel het ‘wiel van het leven’. De bhāvachakka symboliseert de cyclus van leven en dood. Vanwege de heiligheid van het wiel was het in het oude Tibet dan ook een lange tijd verboden het wiel te gebruiken voor praktische doeleinden

In de hindoeïstische tantra is de chakra een centraal concept. Chakra’s, wat Pali is voor ‘wielen’, zijn energieknooppunten in het menselijke lichaam. Deze knooppunten worden aangeduid als wiel, omdat het wiel als metafoor dient voor regelmatige herhaling en dynamiek. Hetzelfde symbool staat in de vlag van India: de Ashoka Chakra. De tweede president van India Sarvepalli Radhakrishnan zei dat de Ashoka Chakra in de vlag duidt op beweging en dynamiek. Want zo stelde hij: in beweging zit leven, in stagnatie de dood. Ook in de vlag van de Roma en Sinti staat de chakra. In dit geval symboliseert het de nomadische levensstijl en de Indiase afkomst van de Roma en Sinti.

Het oosterse symbool ‘de swastika’ kan ook als draaiende schijf worden gezien. Het draagt dan ook dezelfde boodschap uit als de chakra, namelijk die van dynamiek en voorspoed. In het boeddhisme en hindoeïsme staat de swastika voor voorspoed en geluk. De swastika op de vlag van het Derde Rijk symboliseert echter slechts de vooruitgang en succes van het Arische ras. De uitvinding van het wiel heeft ervoor gezorgd dat de mens zich sneller en efficiënter kon reizen. Het wiel werd daarom een bewijs van vooruitgang en kreeg zo zijn symbolische betekenis van vooruitgang, voorspoed en dynamiek.

Het wiel, opnieuw uitgevonden

De drang om rond te reizen, mee te gaan in de dynamiek van het leven en het leven te onderwerpen aan veranderlijkheid is iets dat in alle mensen zit. Het wiel wordt gebruikt als symbool om deze component van de mens uit te beelden. Het ‘opnieuw uitvinden van het wiel’ zoals het gezegde luidt, klinkt minder nutteloos wanneer we het gezegde letterlijk nemen.Stilstaan bij de waarde van het wiel maakt ons bewuster van onze eigen verlangens. Dankzij het wiel zijn we mobieler dan dat we ooit hadden kunnen zijn. Onze drang om in beweging te zijn en ons verlangen naar onbestendigheid wordt bevredigd door het wiel.