Mijn naam is Bob

Tekst /// Bob van Helden

‘Stilte allemaal. Bob heeft een tien voor zijn wiskundetoets en ik wil dat hij dat in zijn agenda opschrijft’, zei mijn wiskundedocent zes jaar geleden. Ik had op dat moment al ruim een half jaar les van de beste man. Iedereen keek in mijn richting. Die tien, die waarschijnlijk mijn enige tien voor wiskunde ooit zal zijn geweest, kon mij gestolen worden.

Mijn naam is Bob en ik ben een meisje. Waarom mijn ouders mij ooit zo hebben genoemd? Geen oudoom, jeugdvriend of referentie aan hun favoriete nummer; ze vonden het ‘gewoon leuk’. Tsja, leuk. Vroeger was dat voor mij wel anders. Een naam die volgens de algemene standaard niet ‘normaal’ is voor je geslacht brengt problemen met zich mee.

‘Hoe gaat het heten?’, is vaak het eerste wat mensen vragen als iemand een kind krijgt. Je naam geeft je blijkbaar een identiteit, letterlijk en figuurlijk. Het is het eerste woord dat je leert schrijven. De letters van je naam pronken op de sticker op het shirt op de eerste schooldag en later is het de identiteit waarmee mensen je kunnen vinden op sociale media. Je naam is wie je bent.

De reactie wanneer je ergens verschijnt en een meisje blijkt te zijn is vaak bijzonder. ‘Oh, dat hadden we niet verwacht’ en een enkeling zegt zelfs: ‘Oh, wat goed!’ Al vraag ik me dan wel af wat daar zo goed aan is. Volgende keer zal ik er naar vragen.

Voorstelrondjes zijn de meest gevreesde momenten. Naarmate de beurt van de ene naar de andere scholier of student gaat, nemen mijn hartkloppingen toe. ‘ik heet Bob, zeg ik in mijn hoofd ‘ik heet Bob’. Als het mijn beurt is en ik mijn goed geoefende zin uitspreek kijk ik angstig om mij heen. Kijken ze verbaasd? Lachen ze? Hier en daar kijkt iemand op. Maar meestal blijft het daarbij. Dat hebben we ook weer overleefd.

Ik betrap mezelf erop dat ik de meningen van andere mensen ga invullen. Laatst vroeg een jongen mij wat mijn gehele naam was. Ik zei tegen hem dat ik gewoon Bob heet, met een zucht, gewoon B-o-b. ‘Weet ik’, antwoordde hij, ‘maar ik bedoelde je achternaam.’ Ik schaamde me kapot.

Mijn ouders waren niet bezig met de moeilijkheden die mijn naam mij zouden opleveren. Maar zo bestaan er ook onverwachte voordelen. ‘Uit onderzoek is gebleken dat vrouwen met een ‘stoere’, jongensachtige naam meer kans maken in bedrijfstakken waar normaal veel mannen zitten.’ De reactie wanneer je ergens verschijnt en een meisje blijkt te zijn is vaak bijzonder. ‘Oh, dat hadden we niet verwacht’ en een enkeling zegt zelfs: ‘Oh, wat goed!’ Al vraag ik me dan wel af wat daar zo goed aan is. Volgende keer zal ik er naar vragen.

Zonder dat het ooit de bedoeling van mijn ouders is geweest, gooit hun naamkeuze roet in het eten van het hardnekkige hokjesdenken in Nederland. De vraag is of verwarring zaaien door onverwachte naamkeuzes daadwerkelijk een oplossing is. Maar ik neem het mijn ouders in ieder geval niet kwalijk dat ik Bob heet. Nee, zeker niet. In tegendeel. Ik ben er trots op.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.