Dokters als dealers

Hoe miljoenen Amerikanen verslaafd raakten aan opiaten

Tekst: Jip Leferink

Beeld: Rowan Meereboer

In de Verenigde Staten voltrekt zich op dit moment de grootste drugs crisis uit de Amerikaanse geschiedenis. In 2017, het recordjaar van deze crisis, stierven er zeventigduizend Amerikanen aan een overdosis. Wat opvalt aan de cijfers, is dat het bij ongeveer de helft van deze gevallen gaat om een overdosis van zeer verslavende pijnstillers zoals oxycodon en fentanyl. Dit zijn geneesmiddelen die op doktersrecept af te halen zijn.

Anders dan je zou verwachten bij een drugs crisis, ontstond deze epidemie bij de Amerikaanse gezondheidszorg zelf. De epidemie werd als ‘crisis’ bestempeld omdat het aantal verslaafden aan medicatie en drugs erg hoog is in Amerika. Het probleem ontstond in de jaren negentig, toen er een nieuwe optiek over pijn opkwam: een pijnloze behandeling werd vanaf toen gezien als een betere behandeling. Het streven van specialisten was dan ook om een patiënt zo min mogelijk pijn te laten voelen. Hierdoor ontstond er een behoefte aan zwaardere pijnstillers. Het farmaceutische bedrijf Purdue Pharma bracht het zeer verslavende opiaat OxyContin op de markt. Hierna volgden andere farmabedrijven, die op hun beurt ook opiaten gingen fabriceren en distribueren. Opiaten zijn pijnstillende middelen die de werking van opium hebben of nabootsen. Hoe zwaarder de middelen zijn, hoe verslavender het opiaat is. Onder andere de promotie van deze farmaceutische bedrijven leidde ertoe dat artsen in de Verenigde Staten op grote schaal verslavende opiaten gingen voorschrijven aan patiënten. Er werden misleidende campagnes gevoerd waar het verslavende effect van de opiaten werd ontkend. Daarnaast kregen artsen die meer medicatie voorschreven beloningen van de bedrijven, zoals snoepreisjes of bonussen. In korte tijd raakten veel Amerikanen verslaafd aan opiaten. De crisis escaleerde met de komst van fentanyl: een sterke pijnstiller die bijvoorbeeld wordt voorgeschreven voor pijnbestrijding bij kanker. Fentanyl is qua samenstelling verwant aan heroïne, maar is wel vijftig keer zo sterk. Na de opkomst van fentanyl verdriedubbelde het aantal doden door overdosissen in de Verenigde Staten. Amerikanen onder de vijftig sterven statistisch gezien eerder aan een overdosis dan aan een verkeersongeluk. 

Heroïne als alternatief

Naast het feit dat deze pijnstillers ontzettend verslavend zijn, zijn ze ook nog eens erg duur. Zo kost één pil OxyContin, de pijnstiller waar deze crisis mee begon, ongeveer 35 dollar. Heroïne kost daarentegen ongeveer 6 dollar per shot. Legale opiaten lijken qua werking op illegale opiaten zoals heroïne. Aangezien heroïne een stuk goedkoper is dan legale opiaten, kiezen verslaafden op den duur vaak voor het goedkopere alternatief. Driekwart van de heroïneverslaafden in Amerika is ooit begonnen met pijnstillers. Zowel bij heroïne als bij fentanyl ontstaat er bij gebruikers een behoefte om steeds meer te gaan gebruiken. Dit heeft in de Verenigde Staten geresulteerd in veel doden door een overdosis. Daarnaast verlagen opiaten als oxycodon en fentanyl de bloeddruk en onderdrukken ze de ademhalingsprikkel. Wanneer een gebruiker deze medicatie combineert met andere medicatie, of met alcohol, kan er vrij plotseling een overdosis ontstaan, omdat de lever deze middelen minder snel kan afbreken.

Wanneer men denkt aan een ‘verslaafde’, wordt er vaak gedacht aan een stereotype beeld van een man met een ingevallen gezicht die op straat bedelt om aan een dagelijkse dosis drugs te komen. Dit stereotype gaat echter niet op voor de huidige situatie in Amerika. Het is een crisis die elke laag van de Amerikaanse samenleving treft. De gevolgen zijn enorm. Gezinnen worden ontwricht door verslaving van ouders, waardoor veel kinderen eindigen in pleegzorg. Drugscriminaliteit neemt toe door de vraag naar opiaten. De druk op de gezondheidszorg is ontzettend groot. Veel ziekenhuizen geven aan dat hun crisisdienst overbelast raakt en dat de situatie op deze manier onhoudbaar is geworden. Ziektes als Hepatitis B en C nemen toe als gevolg van hergebruikte naalden. En niet alleen de gezondheidszorg, maar ook de Amerikaanse economie staat onder druk door de opiatenepidemie: naar schatting van het Witte Huis kost het de staat 540 miljard dollar per jaar.

Bestrijding

Inmiddels wordt er vanuit de Amerikaanse regering veel ondernomen om de verslavingsproblematiek te bestrijden. In augustus 2017 werd de crisis bestempeld als een nationale noodtoestand door president Donald Trump. Het Congres heeft zes miljard dollar vrijgemaakt om de epidemie te bestrijden. Artsen kunnen door strengere regels minder makkelijk opiaten voorschrijven als medicatie. Door beleidsverandering heeft er een bijstelling plaatsgevonden wat de huidige omgang met verslaafden betreft. Waar verslaafden eerst werden behandeld als criminelen die naar de gevangenis moeten, worden ze nu behandeld als zieke mensen. Er is veel geïnvesteerd in goede verslavingszorg en therapie, maar dit is vooral beschikbaar voor mensen uit hogere milieus. Veel mensen zijn niet verzekerd voor passende hulp voor hun verslaving, waardoor er ongelijkheid ontstaat. Om overdosissen tegen te gaan, is inmiddels iets effectiefs bedacht. Vandaag de dag hebben alle politieagenten, verpleegkundigen en doktoren die ter plaatse gaan bij een overdosis het middel naloxon bij zich. Dit is een geneesmiddel dat een overdosis kan verhelpen omdat het werkt op de opioïde receptoren en daarmee de werking van een signaalstof in oxycodon of fentanylremt. Een relatief nieuwe ontwikkeling is dat farmabedrijven die zware pijnstillers hebben gefabriceerd op grote schaal worden aangeklaagd. In mei 2019 werd Johnson & Johnson, een grote farmaceut, aangeklaagd door de staat Oklahoma. Het bedrijf heeft volgens de aanklager een grote bijdrage geleverd aan de opiatencrisis in de staat. In Oklahoma zijn er sinds het jaar 2000 naar schatting zesduizend mensen overleden ten gevolge van een overdosis. In deze rechtszaak werd voor het eerst een uitspraak gedaan door een rechter over wie er verantwoordelijk is voor de opiatenepidemie. Uiteindelijk heeft de staat een schadevergoeding gekregen van 572 miljard dollar, om verslavingszorg en preventieprogramma’s te financieren. 

Sinds twee jaar daalt het aantal doden door een overdosis voor het eerst sinds 1990 in de Verenigde Staten. Dit is natuurlijk goed nieuws: het lijkt erop dat de maatregelen vanuit de overheid succes hebben. Toch sterven er volgens de laatste statistieken van het National Centre of Health Statistics nog zo’n 130 Amerikanen per dag aan een overdosis. Er zullen nog meer middelen ingezet moeten worden om deze crisis effectief te bestrijden. Het huidige beleid is verre van inclusief, waardoor er een nóg groter contrast tussen rijk en arm ontstaat. Er zal meer ruimte moeten komen om alle verslaafden goede hulp te bieden en er zal nog meer geld geïnvesteerd moeten worden in adequate preventieprogramma’s. Tot die tijd zal de opiatenepidemie in de Verenigde Staten voortduren.